woensdag 24 augustus 2011

Nederland stilstandland: zoek naar jouw Peru

Voor wie innovaties wil uitrollen, is het handig om ook altijd – om Nederland heen – een bypass te ontwerpen.


Nederland als innovatieland kan nogal vies tegenvallen. Vaak geldt: Nederland stilstandland. Om meerdere redenen: 1) tegenwerking door regelgeving en het niet inpasbaar krijgen in bestaande systemen (denk in het geval van zorg aan de rigide regels van zorgverzekeraars over wat vergoed wordt en wat niet!) en 2) een vooral-geen-kop-boven-het-maaiveld-steek-cultuur, waaraan gekoppeld is 3) een gebrek om trots te durven en mogen zijn op succesvolle ondernemers met lef en 4) de afzetmarkt in Nederland is maar klein.
Over de eerste reden: doordat Nederland overgereguleerd is (wetten, voorwaarden, protocollen, veiligheidsvoorschriften) komen innovaties in de knel: innovatiepotjes blijven met miljoenen gevuld, en wie als toekomstige ondernemer de handboeken ziet waar bijvoorbeeld kinderdagverblijven aan moeten voldoen, zakt de moed al in de schoenen... Wet- en regelgeving kan innovaties danig in de weg zitten.
Over de tweede en derde reden: lijkt een ondernemer met grootse plannen te falen, dan zijn wij in Nederland geneigd deze schamper uit te lachen (zoals bijvoorbeeld Victor Muller met Saab in mei 2011 in de Telegraaf werd afgeschilderd). In andere landen als Amerika zou de ambitie worden gewaardeerd, het lef gehonoreerd, de kloeke poging verheerlijkt. Wij denken dat we een vrij land zijn, maar zijn met grote regelmaat bekrompen in onze denkbeelden over wat mag, wat goed is, wat werkt en wat kan.
Al met al leidt dit er toe dat nieuwe producten en diensten niet snel het licht zien en zijn deze er eenmaal, dan kunnen ze niet worden opgenomen in vergoedingslijsten, blijkt de afzetmarkt klein en leiden ze al snel tot tegenvallende verkoopresultaten in Nederland.

Uitrollen van innovaties
Het is slim om in de uitrolstrategie van innovaties al in een vroeg stadium – laat ik het maar in medische termen uitdrukken – een bypass via het buitenland te creëren. Een digitale brochure in het Engels, Spaans of Chinees kan al wonderen doen. Een aantal voorbeelden: ik begeleid nu een bedrijf met een medische vinding die zijn pilots expres niet in Nederland, maar in Duitsland heeft laten plaatsvinden: een veel meer geïsoleerde omgeving, zonder pottenkijkers van Nederland die het beter weten, die je idee afkraken, die het niet meteen kunnen inpassen in hun bestaande structuren en systemen. Karakteristiek aan een prototype fase is toch dat deze in het ontwikkelstadium gekoesterd en beschermd dienen te worden. Door tijdens die fase al te snel conclusies te trekken of de boel af te kraken zorgt ervoor dat de benodigde innovatiesprong niet gemaakt zal worden.
Als de ontwikkelde vinding dan toch succesvol blijkt in het buitenland, kan Nederland als afzetmarkt/ inkoper alsnog aanhaken. Dan komt Nederland ook in zijn vertrouwde, traditionele rol dat wat van ver komt, lekkerder is dan wat we thuis in de polder zouden kunnen ontwikkelen: we zijn niet trots op Almere, maar Amerika wel op Las Vegas. Terwijl in beide gevallen er hetzelfde gebeurd is. Beiden zijn voorbeelden van een mega-innovatie: een onontgonnen gebied wordt aan de natuur onttrokken en er wordt uit het niets een stad opgetrokken. Wij halen onze neus ervoor op. De Amerikanen - en wij met hen – adoreren hun nieuw verworven stad: Viva Las Vegas. Sliep uit Almere.

Zoek naar jouw Peru
Een ander voorbeeld is Hyves. In Nederland is dit sociale netwerk natuurlijk populair, maar ook bijvoorbeeld - om duistere redenen – is Hyves heel populair geworden in Peru. Ineens werd Hyves in Peru een hype, met momenteel 264.289 leden tegenover bijvoorbeeld het logischere tweede land België (159.387 accounts). Ook ligt Peru hoger met zijn aantal Hyves-contacten dan het grote VS (119.555), en Engeland (63.563; bron: http://hyves.nl/about/facts/ geraadpleegd op 19 augustus 2011).
Wat kunnen we leren van deze grillige ontwikkeling bij Hyves voor het uitrollen van innovaties? Het is slim om op meerdere paarden te wedden en bijvoorbeeld in een aantal ongebruikelijke landen een pilot te starten. Voor het ongebruikelijke land een kans om ergens vol op in te haken, je bent als innovatiepartij de concurrentie voor (je creëert je eigen nieuwe afzetmarkt, je eigen blue ocean) en je geeft het toeval een aantal keren de kans. Wie een kans wil pakken, moet eerst ergens de kans voor geven. Zo kun je de grilligheid van successen enigszins stroomlijnen, regisseren en naar je hand zetten. Mogelijk vallen veertien van de vijfthttp://www.blogger.com/img/blank.gifien landen af na een pilotperiode, maar als 1 land (extra naast Nederland) een prohttp://www.blogger.com/img/blank.gifductlijn serieus oppakt, komt dat de stabiliteit en continuïteit van de afzetmarkt/ het product zeer ten goede. http://www.blogger.com/img/blank.gif

Zoek voor jouw product of dienst dus naar het niet-beloofde land. Zoek naar jouw Peru.



Ook gepubliceerd op www.managementsite.nl (zie http://www.managementsite.nl/auteurs/guido-van-de-wiel) en http://nvo2leren.wordpress.com/

(c) Guido van de Wiel

dinsdag 31 mei 2011

In Memoriam Ronald Naar

Ronald Naar verstond de kunst eigenwijs te zijn. In de letterlijke zin van het woord. Eigen wijs. Hij ging zijn eigen weg, nam zijn eigen beslissingen. Op de berg en in het leven. Een onafhankelijke denker, die buiten de gebaande paden kon treden. Een cruciale eigenschap van onschatbare waarde voor wie een moeilijke berg omhoog moet komen.




Op 31 maart 2011 had ik een interview met Ronald Naar. Na afloop van het congres Ondernemen op TOP-vermogen. We vonden elkaar in het anders kijken naar de werkelijkheid. Ik vertelde hoe ik midden jaren ’90 in het plaatsje Chamonix was om de Tour de Mont Blanc – de GR-5 – te gaan lopen. Hoe er toen zo’n regenval was dat campings blank kwamen te staan en dat alle souvenirshops onder water kwamen te staan. Wat mij toen frappeerde was dat dit bergvolkje van de nood een deugd maakte en dat ze naast de gewone postkaarten nu foto’s van de ramp gingen verkopen. Ze fotografeerden hun shop, drukten de kaarten en verkochten ze als souvenir. Hoe je de werkelijkheid kunt buigen: is er sprake van een ramp, of van een commerciële kans?

Naar keek ook anders naar de werkelijkheid. Bij de beklimming van de Eiger was hij de eerste die de huiveringwekkende wand van de Eiger met slecht weer beklom. Dit was een sterk staaltje tegen de stroom in denken. Naar: ‘Niemand beklom tot dan toe de Eiger met slecht weer. Het was namelijk een gure wand, waar het slecht toeven is. Een soort amfitheater waar het slechte weer zich in samenbalt.’ Maar Ronald Naar ging met slecht weer. Terwijl het stervenskoud was op de berg. Naar: ‘Het bleek een gouden greep te zijn. Gewoonlijk kwamen er heel de tijd stenen los, die smolten los. Daar stierven de meeste bergbeklimmers ook aan. Aan vallende stenen, doordat de stenen minder stevig vastgevroren waren. Dat zie je ook in die film Nordwand, waar alle klimmers stelselmatig omver gekegeld worden door vallende stenen. Soms hagelde het echt losliggende stenen.’ En wat deed Ronald Naar? Met slecht weer gaan. Naar: ‘Ik heb drie dagen geklommen. Ik heb geen steen zien of horen vallen.’
Doordat hij weloverwogen een ander type weer koos om te klimmen, omzeilde hij dat gevaar.

Hij heeft het vak van klimmen van binnen uit omgevormd. Om niet te zeggen: van bovenaf.
Hij vernieuwde het vak van klimmen. Hij presteerde het om zelfs iemand zonder klimervaring mee te nemen. Die kon hij nog vormen hoe hij wilde. Naar: ‘Eén jongen had gewoon anti-vries in zijn vingers. Geweldig. En klimervaring dat kwam wel. Als hij maar deed wat ik zei.’ Een ander ging mee en was ook helemaal niet de beste klimmer. Naar: ‘Maar die hoefde de top ook niet te halen. Die ging maximaal tot kamp 3. Die was er verantwoordelijk voor om alle apparatuur te maken als er iets kapot ging. Een verantwoordelijkheid die nog nooit zo was toebedeeld aan iemand.' Naar vervolgt: ‘Terwijl het maken van een radio, een satelliettelefoon, een brander, het verschil tussen leven en dood kan betekenen.’ Hij introduceerde een sportarts in het team, een fysiotherapeut, terwijl dat nog helemaal niet zo gewoon was. Hij nam vrouwen in zijn team op. Kortom: hij brak de teamsamenstelling open. Hij wist wat de kracht van diversiteit kon betekenen en durfde van de gebaande paden af te wijken. Op weg naar de top.


Ronald Naar op TOP-congres, 31 maart 2011 (c) Guido van de Wiel

En vele toppen heeft hij gehaald. Hij wist hoe het zat in de klimwereld. Hij kende alle statistieken. Bestudeerde elke tocht. Deed aan minutieuze voorbereidingen. Hij had alle cijfers bij de hand. Hij wist waar hij mee bezig was. Naar: ‘Weet je op welke momenten de meeste mensen die op de K2 stierven overleden? Bij de afdaling. Waarom? Dan is er de euforie, er sluipt nonchalance in en verlies van focus, omdat het doel al is bereikt.’ Ook Naar stierf bij de afdaling. Maar ik weet zeker dat het niet door euforie, nonchalance of verlies aan focus is geweest.

Een diepe buiging voor de meester die niet zozeer uitging van een doel, maar 1) van een onafhankelijk bedacht plan, 2) van discipline en 3) van een excellente uitvoering.
Daar kunnen wij nog wat van leren. Als managers, als adviseurs, als mens.

(c) Guido van de Wiel

maandag 7 februari 2011

Do it yourself together


Het Nieuwe Werken maakte het locatieongebonden werken mogelijk. Dit is al weer grotendeels achterhaald. De nieuwste trend: op veel momenten tijdelijk locatiegebonden werken.


Ooit ging je naar een kantoor, bedrijf of instituut, omdat daar je werkplek was. Een erfenis van de industriële revolutie, omdat het fysieke werk gedaan moest worden in, op en rondom de fabriek. Wij zitten nog vaker dan we willen vast in dit 1.0-paradigmadenken: voorgeprogrammeerd met vaste tijdstippen (negen tot vijf) staan wij nog steeds regelmatig in een dagelijkse ochtend- en avondspits.

Het Nieuwe Werken bood in een kennisintensieve maatschappij soelaas: het gaf de mogelijkheid om tijd- en locatieongebonden overal werk uit te voeren. Vooral ook thuis. We zagen dat een bedrijf geen fabriek meer was. We zagen dat kennis ook vanuit huis verspreid kon worden. Dit inzicht betekende voor bedrijven tevens een efficiencyslag.

Dit locatieongebonden werken heeft echter zijn grootste tijd alweer gehad. De nieuwste trend is dat het hip en cool is om op veel momenten tijdelijk locatiegebonden te werken. Niet meer op een vaste plaats en zeker niet op een bedrijventerrein of in een kantoortuin, maar overal op fancy plekken en op elk mogelijk moment. De techniek laat deze geïmproviseerde ontmoetingen toe als nieuwe trend. Deze trend bestaat eruit om in verschillende samenstellingen fysiek weer met elkaar in contact te komen en deze tijdelijke fysieke ontmoetingen actief vorm te geven.

Het Nieuwe Werken maakte het locatieongebonden werken mogelijk (zie tweede kolom). De huidige opmars in de techniek van mobiel internet maakt echter een nieuw ontmoeten mogelijk. Doordat mensen op steeds meer manieren online en realtime kunnen aflezen wie uit hun netwerk zich waar bevindt, is een veel lossere manier van fysiek samenkomen weer binnen bereik.


overzicht; klik voor een vergroting van deze afbeelden


Een aantal werktoepassingen
– Iemand draagt zijn functie en bijbehorende niveaus van toegang tot de werkserver getagd mee. Zo heeft hij zijn profiel bij zich. Is er een consultant, een controller of een ondersteunende dienst nodig, dan kan op het mobiele intranet worden afgelezen waar deze zich bevinden.
– Is er een bedrijfscrisis, dan kan iedereen in een oogopslag zien waar de directieleden zich bevinden en waar – gegeven deze recente posities – een ontmoeting het handigst te organiseren is.
– Op een congres kunnen open innovatie en nieuwe contacten veel doelgerichter tot stand komen, doordat zoekopdrachten en profielen gekruist worden: natuurlijk is van iedereen op het congres het profiel bekend. Congresbezoekers kunnen bijzondere specialismen met één druk op de knop opsporen en opzoeken op de congresvloer. Ouderwets netwerken krijgt voortaan iets lomps en ongerichts en kenschetst zich door het verhaal van de speld in de hooiberg.



Buzzing
Programma’s als Foursquare maken voor de gebruikers in een oogopslag zichtbaar wie zich van hun netwerk in hun fysieke nabijheid bevindt. Dit maakt samenwerking op dat moment op die toevallige plaats weer mogelijk. Anders dan in een vast kantoor gebeurt dit tijdelijke, fysieke samenwerken plaats ’s avonds in een café, overdag bij een strandtent, ’s ochtends in een haven, of ’s nachts tijdens een groot sportevenement. Doordat er meer uitwisseling plaatsvindt over wie waar wanneer is, kan er zonder planning vooraf een event via buzzing en eigen initiatief tot stand komen.

Iedereen die ziet dat er voldoende mensen met een bepaald gedeeld interessegebied bij elkaar zijn, kan trachten deze groep bij elkaar te brengen of uit te breiden. Er is niet een enkele leider of coördinator meer nodig, maar een bundeling van initiatiefkracht. Zo ontstaan er menselijke vormen van zwermen. Op deze manier kan een groep, een event, een beurs, een ruilhandel, een borrel of een gathering ontstaan, waarin de aanwezigen een hulpvraag of een kwestie oplossen, waarin zij ideeën uitwisselen, afspraken maken of elkaar op basis van een gedeeld interessegebied ontmoeten, puur ter ontspanning. Een voorbeeld van bruikbare software: groundcrew.

Nog maar een paar jaar geleden dook de vraag: Waar ben je? als standaardvraag op aan het begin van elk mobiel telefoongesprek. Door de vraag heen klonk veelal een probleem. De overtuiging was: Wij kunnen niet beginnen als jij hier niet bent. De nieuwe trend is dat nu in plaats van de vraag: Waar ben je? de constructieve boodschap: Wij zijn hier. Jij bent in de buurt zie ik: kom je ook? door mobiele netwerken vliegt. De nieuwste samenwerkingsverbanden ontstaan spontaan, maar gebaseerd op zichtbare kansen: “Ik zie dat ik hier kwaliteit x en persoon y bij de hand heb. Dat betekent een kans, want daardoor kan ik nu hier voor dit project deze slag maken.”

Enkele aandachtspunten bij deze trend
– Steeds meer locaties zullen inspelen op deze trend. Ze zullen virtuele prikborden ophangen of creëren om te laten zien wie er in de buurt is. Ze zullen de strijd aan willen gaan om zo vaak mogelijk voor jou en je collega’s het tijdelijke kantoor 3.0 te vormen. Sfeer, beleving en bereikbaarheid worden steeds belangrijkere assets.
– Bouwers van apps en van apparatuur dienen er rekening mee te houden dat deze behoefte aan tijdelijke locatiegebondenheid toeneemt. Sites dienen uitleesbaar te zijn op mobiele apparaten. Gratis diensten winnen het van betaalde diensten.
– In de aansturing van het werk gaat het steeds meer van inside information naar invite information. Van ‘plaatsbepaling vooraf’ naar ‘plaatsbepaling tijdens’. Tactische en strategische afwegingen zullen steeds vaker (mede) plaatsvinden op basis van de vraag: Wie is waar op dit moment aanwezig en welk voordeel kunnen we daaruit halen?

Semi-openbare plaatsbepaling in combinatie met uitgebreide profielinformatie en statusbepaling zorgt voor een grote mate van vrijheid in verbondenheid. De techniek kan ons zo helpen om zowel onze vrijheid als onze verbondenheid mede vorm te geven. Dat is de toekomst van deze interconnected world.



Constructief
De volgende trend die aanwijsbaar is, is dat het niet alleen waardevol is om iedereen te kunnen pinpointen in de omgeving (waar ook iets Big Brother-achtigs van uitgaat, ik geef het toe), maar dat de waarde om ieders positie te weten toeneemt naarmate de gebruikers meer van hun status, hun profiel en hun achtergrond blootgeven. Door via programma’s in beeld te krijgen wie vrij is en wie vol zit met besprekingen, wie vrij is voor vrienden, wie in een bepaald tijdsblok beschikbaar is voor de volgende interessegebieden, kunnen ontmoetingen en realtime events gemakkelijker en met meer betrouwbaarheid opstarten. Het woord ‘hotspots’ krijgt nieuw leven ingeblazen.

Het helpt daarbij als iemands interessegebieden, iemands specialismen bekend zijn. Zoals we momenteel onze foto’s, onze websites of onze muziek taggen met begrippen als skivakantie, Mijn Favoriet of ’80 Rock, zo zullen we onszelf in de toekomst van steeds meer tags voorzien. Steeds meer zullen we als mens en als medewerker rondlopen als getagde wezens. Bij mij zouden de volgende tags af te lezen zijn: schrijfcoach, futurist, vader, EHBO, pianist, maar ook bijvoorbeeld fan van Prince, fan van Keane, liefhebber van de film As It Is In Heaven, liefhebber van spareribs.

Toekomstige ontmoetingen kunnen meteen gaan over gemeenschappelijke kenmerken en bij het binnenlopen van een postkantoor krijgt iedereen de juiste aanbiedingen voor live-concerten naar zijn mobiel gestreamd, afhankelijk van zijn tags en zijn persoonlijke profiel. De informatie waar in Deventer de beste spareribs te vinden zijn, komt naar mij toe: ik hoef niet langer op zoek naar die informatie.


Een aantal werkongerelateerde toepassingen van deze tijdelijke locatiegebonden ontmoetingen
– Je wilt een taxi: gps-techniek speurt de dichtstbijzijnde vrije taxi voor je op en deze komt – sneller dan ooit – naar je toe voor je rit. Voor de taxicentrale zou het wel eens ‘einde oefening’ kunnen betekenen.
– Via gps en triangulatie van zendmasten maken Vodafone-abonnementhouders aan TomTom reeds zichtbaar waar files staan. Ook op kleinere wegen, waar camera’s ophangen te duur is. Ditzelfde signaal geeft aan waar vrienden en collega’s zitten. Juist deze techniek maakt semi-onverwachtse ontmoetingen mogelijk.
– Heeft iemand EHBO-ervaring, dan draagt hij deze informatie als tag bij zich. Zo is bij een spoedgeval in een oogopslag op een digitaal schermpje af te lezen waar zich de EHBO’er met de meeste ervaring bevindt. Uit te breiden met meerdere levels van ervaring.



Guido van de Wiel

Dit artikel is in Engelse vertaling verschenen in Second Sight,
(c) Guido van de Wiel

vrijdag 4 februari 2011

LAYAR toont meest recente tricks Augmented Reality

Op de Augmented Reality Thursday (ART) van 3 februari jl geeft LAYAR een demonstratie van wat er met hun techniek mogelijk is. Veelvuldig klonken "Oeh's" en "Ah's" uit het publiek.


Centraal bij de presentatie staat een tijdschrift en een smartphone, gekoppeld aan een groot scherm. Wat we te zien krijgen, is nog het best te beschrijven als 'Het Nieuwe Lezen'. In het eerste filmpje is te zien wat er gebeurt als je LAYAR met behulp van je smartphone op een groepsfoto richt. Via facial recognition poppen direct de namen bij de juiste personen op. Als extra service verschijnen ook het Twitter-account en het LinkedIn-profiel van elk persoon (zie filmpje). Big Brother is er niets bij.



In het tweede filmfragment (zie hieronder) zien we hoe een foto van een advertentie allerlei extra info bevat. LAYAR laat zien hoe een hele slideshow geprojecteerd kan worden over een bestaande advertentie. Anders dan bij QR (de zwart-witte blokjescode) werkt LAYAR hier direct op basis van photo recognition.



De kracht van LAYAR komt met name tot uiting in de creatieve toepassingen ervan. Ook dient de tijd er rijp voor te zijn, wil het tot een grotere doorbraak komen. Stappen worden gezet en er zijn veelbelovende initiatieven. Zo bleek bij deze ART-bijeenkomst dat Funda meer dan geïnteresseerd is in een toepassing om nieuwbouwprojecten via LAYAR alvast zichtbaar te maken. Voor een vergelijkbaar voorbeeld waar dit al werkt: richt LAYAR op een nieuwbouwproject in Rotterdam en je krijgt te zien wat er gebouwd gaat worden.

Tweede voorbeeld dat juist historisch van aard is: plaats LAYAR in Belgie of Noord-Frankrijk op beroemde plekken waar de gevechtslinies van de Eerste Wereldoorlog lagen en je krijgt on the spot informatie en foto’s en bij een keur aan POI's(Points of Interests). Thx to Yellowpond.

Er zijn bedrijven bezig om via LAYAR alle scheepswrakken onder Almere in LAYAR te zetten, zodat je je in Almere op de zeebodem waant. Andere bedrijven zijn bezig met commerciele Business-to-Business toepassingen, waarbij merknamen in 3D, in een zeppelin of grappig verpakt, over producten heen vliegen.

Kijk via LAYAR en je krijgt een glimp te zien van de toekomst.
Of desgewenst een glimp van het verleden...

Gouden tip voor iedereen die een gebouw/ boot/ spoorweg/ station of ander historisch element gaat afbreken: fotografeer en film het intensief. Het staat later garant voor een tweede leven in LAYAR.

(c) Guido van de Wiel

woensdag 27 oktober 2010

Twitterazzia: volgen of gevolgd worden, dat is de vraag - part III

Een automonteur die onder de motorkap van een tweedehands Renaultje kijkt, kan zich een hoedje schrikken. Dit terwijl de potentiele koper tot nog alleen de charme van een oldtimer zag. Een CBS-medewerker die beleidsmaatregelen gaat doorrekenen kan tot onthutsende conclusies komen, ofschoon de beleidsmaker als parasitair – excuus: parlementair - politicus het volk zand in de ogen strooit met oneliners en overige ongestaafde onderbouwingen, ontkenningen en overtuigingen.


Wie verder dan zijn neus lang en dieper dan de oppervlakte kijkt, loopt een risico dingen te ontdekken die helemaal niet wenselijk is. Zo geldt dit niet alleen in bovenstaande voorbeelden, maar ook voor Twitter. Programma’s als Followermonk en Manageflitter geven inzicht in wie jou nu eigenlijk volgt, maar kunnen ook tot pijnlijke confrontaties leiden.

Zelf kwam ik er achter dat een goede (?) vriend van mij die ik braaf volgde, mij helemaal niet meer volgde. Op Twitter weet je dat niet: je krijgt geen mail als iemand je gaat unfollowen (en dat is maar goed ook waarschijnlijk). Ik kreeg braaf zijn Tweets binnen en ging er van uit dat hij mij al die tijd ook volgde. Dat zijn foto en zijn berichtjes regelmatig in Tweetdeck verschenen, deed het beeld versterken dat hij een vriend was. Hij kwam langs op mijn beeldscherm. In voor- en tegenspoed. En hij? Hij volgde mij niet eens! Dat noemen we in Nederland te pas en te onpas sociale media. Sociale media? Sociale Media? A-sociale media, zul je bedoelen! Het pijnlijke is dat ik weet dat hij mij ooit wel gevolgd heeft. Natuurlijk ga ik twijfelen: heb ik teveel getwitterd? Te weinig? Te veel reclame gemaakt? Geen lijn in mijn twitterstream? Teveel poeha? Te weinig poeha...?
Ach, iemand hoeft mij natuurlijk geen uitleg te geven waarom hij mij is gaan "unfollowen", maar de lezer begrijpt welke gevoelige snaar hier geraakt is.

Twitter kan als bom gelden onder bestaande vriendschappen. Maar gelukkig ook als verbindend element tussen onbekenden. Een doorklik in het vernieuwde Twitterscherm naar lists maakt het mogelijk om te zien op welke openbare lijsten mijn Twitternaam opduikt. Die zoekactie leverde op dat ik bleek voor te komen op onder meer deze lijsten:

"schrijfop-vrienden",
"m-toppers" (waarbij de m waarschijnlijk staat voor man, gezien de andere lijst v-toppers waar ik in de gauwigheid alleen vrouwen in zag staan),
"personal inspirators" (fijn hoor!!)
"debetereboekjesmakers" en... zowaar:
"bekendenederlanders"

En ineens voelde ik mij als een deelnemer aan The Voice of Holland. Wie drukt mij weg? Wie draait zich naar mij toe? Wie is dan alsnog teleurgesteld of staat hoogjuichend op? Het publiek velt in een constante stroom juryoordelen. Follow, Unfollow, Friend, Unfriend... Accept Invitation, do not know Guido van de Wiel, Retweet Message... Iedereen oordeelt instant over zijn Twitterende omgeving: wie tettert er teveel in hun oren, welke avatar verschijnt zo vaak dat het een verticale feestslinger op je beeldscherm vormt, wiens geklets is iemand nu wel zat.... Twitter blijft een zaak van aandacht geven en aandacht krijgen. We zijn elkaars podium, maar lang niet altijd elkaars publiek.

En ik? Ik lig al Twitterend op het slachtblok. Stoppen kan niet meer. Big Twitter is watching you. Wie followers heeft, moet blijven bewegen. Anders is er niets te volgen. Ik ben overgeleverd aan u, aan zij die mij volgen. Maar vanaf nu volg ik u. Daar kunt u van op aan. Volgerschap dient beloond te worden, zei de ja-knikker.

Kies maar:
a) Wordt gevolgd - b) wordt ontvolgd - c) wordt vervolgd


(c) Guido van de Wiel

maandag 18 oktober 2010

Twitterazzia: volgen of gevolgd worden, dat is de vraag - pt II

Twitter is lelijk. Twitter past in het rijtje The (beauty and the...) Beast, de klokkenluider van Notre Dame, Quasimodo. Waarom? Schoonheid wordt bepaald door symmetrie en Twitter is in essentie asymmetrisch: wie jou volgt, hoef jij niet te volgen en wie jij volgt, hoeft jou niet te volgen. Zie hiervoor ook Twitterazzia, part I.

In een poging de asymmetrie te verklaren, is het nodig de twee lijsten (followers en following) te vergelijken. Maar dat laat Twitter niet zo makkelijk toe. En om nou papieren lijsten te gaan vergelijken, voelt wel heel "1.0". Toch had ik minimaal 1 duidelijke reden om de asymmetrie verder onder de loep te nemen.

Op een gegeven moment gingen allerlei Amerikaanse bedrijfjes, Tsjechische 1-pitters en zelfgedoopte Social Media-goeroe's mij volgen. Vanuit een gevoel van wederkerigheid ben ik die mensen gaan terugvolgen: tot ik er achter kwam dat zij mij alweer ge-delete hadden als contact. Vond ik zo shocking... Hun strategie lijkt er een van: eerst een horde followers verzamelen, hopen op een terugvolgen vanuit die mensen en vervolgens die mensen zelf weer ontvolgen. Die laatste stap gaat onzichtbaar voor de nieuwe followers....

"Omdat zij hun verhouding followers -following intact wilden houden," hoorde ik laatst van iemand op Twitter. Pfff. Een andere verklaring zou zijn dat er via automatische programma's suggesties worden gedaan en geinstalleerde filters het definitieve selectiewerk doen. Dat zou het alleen nog maar maller maken: dat zou betekenen dat het machines zijn die mij weerloos, sprakeloos en ontdaan doen voelen. Hoe dan ook: een foute werving, malafide uitgangspunten en duistere praktijken, waar ik op mijn beurt weer grip op wilde krijgen. Hoe zat het nu met die verhouding? Wie volgde mij nu en wie niet?



Het gratis programma Manageflitter biedt uitkomst. Met dit programma kun je op elk moment een Twitter-razzia plegen op de mensen die jijzelf volgt. Volgt iemand je wel of niet terug? Je krijgt meteen wat extra info: zijn ze populair, actief, worden ze al massaal ontvolgd of zijn ze juist Talkative en populair? Het contact is de andere kant op met 1 klik op de knop te verbreken.

Dus ga aan de slag en doe wat aan je sociale media hygiene: verwijder de overtollige contacten en delete de dode puntjes. Maak Twitter weer gezond: geef Twitter wat symmetrie terug. In veel gevallen geldt: het moet wel van twee kanten komen.



(c) Guido van de Wiel

Twitterazzia: volgen of gevolgd worden, dat is de vraag - part I

Soms kom ik mensen tegen die ineens iets onbenulligs weten van mij. Bijvoorbeeld dat ik de oven heb gemaakt, dat ik naar de kapper ben geweest of wat mijn zoontje van 3 aan grappige uitspraken heeft uitgekraamd. Dat komt door Twitter. Daarnaast Twitter ik ook soms over belangrijkere zaken als milieu of duurzaamheid. En soms over nog veel futielere zaken dan wat mijn kinderen zeggen, zoals bijvoorbeeld over marketing.

Ik volg een hoop mensen en een - deels ander - hoopje mensen volgt mij. Wie zijn dat dan? Er kan overlap zijn tussen followers en following, maar ook heel groot verschil.

Als je benieuwd bent hoe groot die overlap is kun je kijken op Followerwonk . Als voorbeeld laat deze Twitter Followerwonk zien hoe de overlap is tussen Yves Leterme en Vincent VQuickborne. Wie Yves en Vincent zijn dat doet er eigenlijk helemaal niet toe, maar het feit dat ze allebei zo'n 10.000 followers hebben en allebei ongeveer 150 mensen zelf volgen, doet vermoeden dat ze bekend zijn. Wereldberoemd in Belgie wel te verstaan. (Of althans - in dat schimmige zuiden heerst een weerbarstige taalstrijd, dus dat "wel te verstaan" dient gelezen te worden als "niet te verstaan", wel te verstaan.) Al snel blijkt dat ze veel gezamenlijke followers hebben, maar ieder hun eigen mensen hebben die zij op hun beurt "followen". "Volgen", in goed Belgisch.



Je kunt ook jezelf invullen op deze site, tezamen met een willekeurig of onwillekeurig andere Twitteraar en dat levert allerlei statistieken op. Altijd leuk voor een regenachtige maandagmiddag. Nu maar hopen dat het gaat regenen. Of weer maandag wordt.


© Guido van de Wiel